Fatokun scoort enige treffer uit de wedstrijd: Bimbo doet heel even Pivaljevic vergeten
DEURNE - R Antwerp FC zet zegereeks ook verder in derde periode. Met een schitterend kopbaldoelpunt bezorgde Bimbo Fatokun de Great Old een verdiende zege tegen RWDM. De Nigeriaanse spits nam op die manier met succes de rol van de zieke topschutter Darko Pivaljevic over. "Het was een schitterende voorzet van Higginbotham," dankte een glunderende Bimbo Fatokun zijn ploegmaat. "Het kostte me wat moeite om de bal te raken, maar met wat geluk slaagde ik er toch in om hem in de draai richting doel te koppen. Met succes."
Bimbo Fatokun was de enige spits die trainer Van Acker nog overhield in zijn kern. Naast Darko Pivaljevic lag ook Jamie Wood in de lappenmand. In laatste instantie meldde ook Ganiyu Owolabi zich af met buikkrampen. "Kan iedereen overkomen," liet Regi Van Acker zich na afloop niet zonder sarcasme ontvallen. Ganiyu Owolabi wacht nog altijd op een verlossend telefoontje uit Turkije en zit met zijn gedachten blijkbaar niet meer op de Bosuil. Het was Bimbo Fatokun allemaal een zorg.
De 20-jarige spits genoot van zijn moment van glorie. "Ik moest deze kans absoluut grijpen. Met al die zieken en geblesseerden, wist ik dat mijn moment gekomen was. En of ik nu een halve minuut speel of een hele wedstrijd, scoren wil ik altijd. Vorige week tegen KSV Roeselare had ik het geluk om in die ene minuut dat ik op het veld stond ook een doelpunt te maken. Deze keer was het anders. Nu kwam de hele aanval op mijn schouders te liggen. Dat is het voordeel van het systeem dat R.A.F.C. speelt.
Er is maar één echte diepe spits en de hele ploeg speelt in functie van hem. Dat maakt het prettig voetballen." Minder prettig voor de Nigeriaan is dat die ene spits in principe altijd Darko Pivaljevic is. Het was tegen RWDM pas de vijfde keer dit seizoen dat Bimbo Fatokun aan de aftrap kwam. Vaak raakte hij zelfs niet bij de kern van vijftien. "Ik heb wat gesukkeld met blesures en voor de trainer is het moeilijk om een winnende ploeg te wijzigen. Op dit moment wil ik vechten voor elk kansje dat ik krijg."
"Als ik niet in de ploeg sta, ga ik daar geen probleem van maken. Ik blijf hard werken en wacht mijn volgende kans af."
Te sterk voor RWDM
R.A.F.C., gedirigeerd door een alomtegenwoordige Sandro Da Silva, toonde zich op alle vlakken de betere van een onmachtig RWDM. In de eerste helft kon de bij momenten erg fraai combinerende thuisploeg dat overwicht niet omzetten in doelrijpe kansen. Het enige doelpunt van de match viel dan ook onverwacht na twintig minuten. De zwevende kopstoot van Bimbo Fatokun op voorzet van Higginbotham was er niet minder mooi om. Na de rust ontpopte RWDM-doelman Jurgen Van der Velde, ingevallen voor de geblesseerde Godart, zich tot uitblinker.
Sandro Da Silva bleef kwistig met splijtende passes strooien. Bimbo Fatokun, Danny Higginbotham, Zoran Campara en hijzelf vonden de jonge keeper van RWDM op hun weg. Azubike Oliseh en Sandro Da Silva schoten hun kansen over. De enige echte mogelijkheid voor de bezoekers was een schot van Butera dat werd afgeblokt (J.V.C. - GvA - 22/02/1999).
"Niks op af te dingen" (Ariël Jacobs)
Eén punt op vijftien, dat is de trieste balans van RWDM na het ontslag van Guy Vandersmissen. Ariël Jacobs had het zich wellicht anders voorgesteld. De RWDM-trainer is vol lof over R Antwerp FC. "Sinds ik bij RWDM ben, speelden we al tegen de eerste drie uit het klassement. Mijn conclusie is dat R.A.F.C. als ploeg en individueel de sterkste is. Zij vormen een heel solide blok en kunnen dat aanvullen met goede individualisten zoals Sandro Da Silva en William Verbeeck. Op hun zege tegen ons valt niks af te dingen (J.V.C. - GvA - 22/02/1999)."
Figuur van de dag: Sandro Da Silva
De 24-jarige Braziliaanse middenvelder van R.A.F.C. speelde een erg knappe wedstrijd tegen RWDM. Hij strooide kwistig met assists tegen de Brusselaars. De Great Old erin om de zwalpende mannen van trainer Ariël Jacobs met het kleinste verschil 1-0 te kloppen. R.A.F.C. wint hiermee meteen zijn eerste partij van de derde periode (J.V.C. - GvA - 22/02/1999).
|